De roos, ik houd van haar geur. Ik houd van haar zachtheid. En vooral van roze rozen.
De roos is voor mij een teken van het hart. Hierover wil ik graag meer vertellen.
Ik 1999 begon ik mijn opleiding tot neuroloog omdat ik enorm geboeid was door het functioneren van de hersenen. Ik specialiseerde mij verder om mensen met moeilijk behandelbare en chronische vormen van epilepsie te helpen, wat ik 16 jaar heb gedaan.
Ik werd in mijn hart geraakt door te luisteren naar mijn patiënten met epilepsie. Samen met hen verdrietig en boos om wat hen overkwam. Samen met hen blij als het beter ging. Leren van hun gelijkmoedigheid en kracht om steeds weer op te staan, na elke val, letterlijk en figuurlijk. Mijn hart werd steeds geraakt en ik wilde zoveel mogelijk in actie komen. Ik ontdekte dat ik mensen tijdens mijn spreekuur veel breder wilde bijstaan dan hen alleen diagnoses vertellen en uitleg geven over medicijnen. En wat lastig was het, om de kwaliteiten van mijn hart te gebruiken als reactie op wat mijn patiënten allemaal meemaakten, tijdens een vol spreekuur. Steeds te weinig tijd daarvoor. Dat kon mijn hart uiteindelijk niet meer aan….
Ik begon met mijn praktijk core process therapie, omwille van wat mijn hart wil.
Niet meer het vele denken als neuroloog, maar gaan naar de wereld waar het voelen is. De kwaliteiten van mijn hart laten groeien: de capaciteit om alle emoties te kunnen verdragen, die van mijzelf en anderen. En daarop te kunnen reageren met vriendelijkheid, compassie, gelijkmoedigheid en vreugde.
De Westerse mens is erg gericht op het verstand, het denken, het hoofd. Waar zou jij wijzen, als je gevraagd wordt waar je ‘psyche’ of je ‘verstand’ zit? Ik zou altijd naar mijn hoofd gewezen hebben. Zeker toen ik mijn opleiding tot neuroloog deed. Het brein, basis van alle zijn… daar ging ik vanuit. Mensen in inheemse volkeren, daarentegen, wijzen meteen naar hun hart.
De slogan ‘Van hoofd naar hart’ vond ik altijd zweverig. Maar hoe zweverig was ik zelf eigenlijk al die tijd als neuroloog geweest (zeker in mijn beginjaren)? Ik zweefde rond in mijn hoofd en het denken was voor mij het belangrijkste waardoor ik wist dat ik bestond. ‘Ik denk dus ik ben’. Steeds meer besef ik dat ik mijn hand op mijn borst moet houden, als ik mijn bestaan wil voelen: ‘ik voel, dus ik ben’.
Het afzakken vanuit het denkende hoofd omlaag naar mijn hart, is niet zonder slag of stoot gegaan. Eigenlijk zoals dat bij iedereen meestal niet gemakkelijk gaat. Sommige mensen blijven met goede reden langdurig weg van de hartstreek, vooral als daar pijn zit van vroeger. Je kunt er niet omheen: voordat je in je hart kan zijn, voordat je mens kan zijn, kom je vroeg of laat eerst uit op de dingen die je hart eerst nog moet voelen en wil verwerken.
En dan nu, na deze lange inleiding, wil ik het echte verhaal vertellen van mijn keuze voor de naam ‘praktijk Rosas’.
Een verhaal van mijn hart en een roos.
Jaren geleden overleed heel plotseling een geliefde oom van mij. Hij werd dood gevonden, een hartinfarct. Ik kreeg het bericht ’s ochtends, ik was net uit mijn bed. Tijdens het douchen en aankleden probeerde ik het tot mij door te laten dringen. Onwerkelijk. Zoals elke ochtend ging ik na het aankleden zitten om te mediteren. Ik dacht aan mijn oom. Ik dacht aan zijn man, hoeveel verdriet hij moest hebben. In mijn borst voelde ik al het verdriet. Een soort verscheuring en druk. Ineens voelde ik, of ja, is het nu voelen of zien of weten….. een grote roze roos voor mijn borst. De bladeren allemaal vol open. De roos opende. En het voelde zo logisch. Als het enige mogelijke antwoord. Een antwoord van tederheid, uitreiken naar, verzachting, van weten. Wat ontstaat er als verdriet en liefde elkaar ontmoeten in gelijke hoeveelheden, en dan vermengen? Een roos. Een geopend hart.
In mijn praktijk Rosas gebruik ik de kwaliteiten van mijn geopende hart. Mijn denken en wens om te begrijpen laat ik echter zeker niet achter mij! Samen vormen mijn hoofd en hart een sterke coalitie. Om gebeurtenissen in mijn eigen leven met wijsheid tegemoet te treden. En om mijn cliënten te bieden wat ik in mij heb als ik hen een tijd kan vergezellen op hun levenspad.
Saskia Ebus 2021
